Paragraaf 1 Lokale heffingen

Wat is het doel van deze paragraaf?

Terug naar navigatie - Wat is het doel van deze paragraaf?

Het totale pakket van gemeentelijke belastingen en heffingen bestaat uit een tiental verschillende belastingen, heffingen en rechten die worden gelegitimeerd door een belastingverordening die door de gemeenteraad is vastgesteld.

Deze paragraaf geeft een overzicht op hoofdlijnen van deze heffingen die bij de diverse programma’s in de programmabegroting zijn geraamd. In het kort geven we aan welk beleid we in het begrotingsjaar gaan voeren ten aanzien van de lokale heffingen. Het lokale beleid is vastgesteld in de belastingverordeningen. Verder is een overzicht opgenomen van de geraamde opbrengsten, wordt aandacht besteed aan de lokale belastingdruk en aan het kwijtscheldingsbeleid.

Wettelijk kader en gemeentelijk kader

Terug naar navigatie - Wettelijk kader en gemeentelijk kader

Ten aanzien van de heffingen onderscheidt de wet drie soorten:

  • Belastingen: gedwongen betalingen aan de overheid waar geen rechtstreekse contraprestatie van de overheid tegenover staat. Ze kunnen aan een brede of specifieke doelgroep in rekening worden gebracht.
  • Bestemmingsheffingen: deze dienen ter bestrijding van specifieke kosten. Voorbeelden zijn de afvalstoffenheffing en de rioolheffing. Deze heffingen mogen niet meer dan kostendekkend zijn.
  • Rechten: een betaling waar een direct aanwijsbare contraprestatie van de overheid tegenover staat. Deze contraprestatie kan bestaan uit een product of dienst. Onderscheid kan worden gemaakt in onder meer gebruiksrechten (bijvoorbeeld haven- of marktgelden) en genotsrechten (waaronder leges). De hoogten van sommige rechten zijn landelijk bepaald. Verder geldt dat deze maximaal kostendekkend mogen zijn.

Naast het landelijk beleid is het volgende gemeentelijk beleid geformuleerd:

  • De bestemmingsheffingen en rechten zijn in principe 100% kostendekkend. Dat is niet altijd het geval omdat er bijvoorbeeld wettelijke voorschriften zijn (wettelijke tarieven).
  • De opbrengsten/heffingen worden in 2024 ten opzichte van 2023 verhoogd met 4,2%, uitgezonderd rioolrechten (14,2%= index 4,2% + 10% uitgestelde verhoging naar aanleiding besluit raad bij vaststelling begroting 2023) en toeristenbelasting (6,2%, loopt jaar achter in verband met vroegtijdige communicatie met degene die belasting in rekening brengen bij toeristen. Dit moet gebeuren voor opening seizoen).
  • Kwijtscheldingsbeleid. Voor de OZB, rioolheffing en afvalstoffenheffing kan kwijtschelding worden verleend aan persoenen (niet aan bedrijven). De gemeente Oudewater hanteert voor kwijtschelding de norm die door het Rijk gegeven wordt aan de gemeenten: 100% van de norm voor de bijstand. Bij een norm onder de 100% is er sprake van strenger beleid. Vrijwel alle inwoners die een aanslag gemeentelijke belastingen ontvangen en moeten rondkomen van een bijstandsuitkering of alleen een AOW-uitkering en geen vermogen hebben, komen op basis van deze norm voor kwijtschelding in aanmerking. De regelgeving voor de kwijtschelding is neergelegd in de Leidraad Invorderingswet 1990.

Geraamde opbrengsten

Terug naar navigatie - Geraamde opbrengsten
Baten Baten Baten
begroting begroting rekening
Belastingen en heffingen 2024 2023 2022
A. Belastingen
1 Eigenaren woningen 2.133 2.047 1941
Eigenaren niet-woningen 611 587 552
Gebruikers niet-woningen 403 387 354
2 Precariobelasting 13 12 52
3 Toeristenbelasting 28 14 31
Subtotaal A Belastingen 3.188 3.047 2.930
B. Bestemmingsheffingen
1 Afvalstoffenheffing 1.349 1.306 1.268
2 Rioolheffing 1.919 1.663 1.665
Subtotaal B Bestemmingsheffingen 3.268 2.969 2.933
C. Rechten
1 Leges burgerzaken 193 144 142
2 Begrafenisrechten 4 15 13
3 Marktgelden 27 26 24
4 Bruggelden 13 13 12
5 Omgevingsvergunningen 385 366 1.233
Subtotaal C Rechten 622 564 1.424
Totaal € x 1.000 € 7.078 € 6.580 € 7.287

Lokale lastendruk

Terug naar navigatie - Lokale lastendruk

De lokale lastendruk geeft voor de belangrijkste tarieven weer wat een inwoner van de gemeente betaalt en hoe deze tarieven zich het afgelopen jaar hebben ontwikkeld. De bedragen zijn gebaseerd op een fictief huishouden in een woning met een waarde voor het belastingjaar 2023 van € 415.000 en voor 2024 van € 415.000 (0% waardestijging). Dit is exclusief de teruggave afvalstoffenheffing en gerekend met de indexeringspercentages.

2024 2024 2023 2023
1-persoons- huishouden meerpersoons- huishouden 1-persoons- huishouden meerpersoons- huishouden
1 OZB 506 506 483 483
2 Rioolheffing 382 382 334 334
3 Afvalstoffenheffing (2024)* 287 336 262 328
Totaal € 1.175 € 1.224 € 1.079 € 1.145
* Betreft een inschatting van de hoogte van de afvastoffenheffing op basis van het verwachte aantal aanbiedingen. Daarbij is uitgegaan van gemiddeld 4 aanbiedingen voor een éénpersoonshuishouden en 11 voor een meerpersoonshuishouden.

A. Belastingen

Terug naar navigatie - A. Belastingen

Ad 1 OZB
In onderstaande tabel zijn de OZB-tarieven 2023 en 2024 opgenomen. De tarieven 2024 worden geheven als percentage van de getaxeerde woningwaarde naar peildatum 1 januari 2023. De prognoses per 1 september 2023 duiden op een gemiddelde stijging voor woningen en niet-woningen met 0%. De tarieven worden hiermee gecorrigeerd. De werkelijke OZB-opbrengst kan uiteindelijk afwijken van de begrote opbrengst door:

  • waardeontwikkeling van de onroerende zaken;
  • te verwachten minder- en meeropbrengsten van respectievelijk sloop en nieuwbouw;
  • waardevermindering als gevolg van bezwaar- en beroepsprocedures;
  • toename van het aantal ‘No Cure No Pay’-bezwaren en de kostenvergoeding hiervan;
  • leegstand van de bedrijven.

In december worden de OZB-tarieven definitief vastgesteld door de raad, deze kunnen daarom afwijken van de tarieven zoals hieronder opgenomen.

Tarief OZB Begroting Begroting Rekening
2024 2023 2022
1 Woningen
a Eigenaren 0,1221% 0,1166% 0,1246%
2 Niet-woningen
a Eigenaren 0,3319% 0,3137% 0,2990%
b Gebruikers 0,2625% 0,2481% 0,2365%

 

Opbrengst OZB: De opbrengsten voor de OZB worden in 2024 met 4,2% index verhoogd.

Taak- Begroting Begroting Rekening
veld 2023 2022 2022
0.61 Eigenaren woningen 2.133 2.059 1.941
0.62 Eigenaren niet-woningen 611 587 552
0.62 Gebruikers niet-woningen 403 375 354
Totaal € x 1.000 € 3.147 € 3.021 € 2.847

 

Ad 2 Precariobelasting
Onder de naam precariobelasting wordt een directe belasting geheven ter zake van het hebben van voorwerpen onder, op of boven de voor openbare dienst bestemde gemeentegrond. 

Taak- Begroting Begroting Rekening
veld 2024 2023 2022
0.64 Opbrengst € x 1.000 € 13 € 12 € 52

 

Ad 3 Toeristenbelasting
Onder de naam toeristenbelasting wordt een directe belasting geheven voor het houden van verblijf met overnachting binnen de gemeente tegen een vergoeding in welke vorm dan ook, door personen die niet als ingezetene met een adres in de gemeente zijn ingeschreven in de basisregistratie personen.

Taak- Begroting Begroting Rekening
veld 2024 2023 2022
3.4 Opbrengst € x 1.000 € 28 € 14 € 31

B. Bestemmingsheffingen

Terug naar navigatie - B. Bestemmingsheffingen

Ad 1 Afvalstoffenheffing (stijging 2024 - 4,2%)
Voor de bestrijding van de kosten die samenhangen met het inzamelen en verwerken van afval is de gemeente bevoegd om de gemaakte kosten te verhalen. Voor het huishoudelijk afval (afval dat ontstaat vanuit particuliere huishoudens) wordt afvalstoffenheffing geheven.

Tarieven afvalstoffenheffing   

Per 1 januari 2024 gaat, overeenkomstig het Grondstoffenbeleidsplan 2023-2026, de manier waarop de afvalstoffenheffing wordt geheven, veranderen. Vanaf dat moment bestaat de afvalstoffenheffing uit een vast deel en een variabel deel. Het vaste deel wordt aan het begin van het jaar geïnd. De hoogte van het variabele deel is afhankelijk van het aantal keer dat restafval wordt aangeboden. Dit deel wordt geïnd bij de belastingaanslag van het volgende jaar.

Bij het opstellen van de begroting is uitgegaan van een variabel tarief van € 7 per keer dat een minicontainer (kliko) met een inhoud van 240 liter wordt aangeboden. Net als in voorgaande jaren geldt dat één 240 liter container gelijk is aan vijf stortingen in een ondergrondse container. Het tarief per storting komt daarmee op € 1,40.   Op basis van ervaringscijfers van andere gemeenten met dezelfde heffingsmethodiek wordt ervan uitgegaan dat een gemiddeld huishouden de container in het eerste jaar negen keer aanbiedt (uit deze benchmarkgegevens blijkt dat een gemiddeld eenpersoonshuishouden de container ongeveer 4 keer aanbiedt). Daarmee bedraagt de variabele heffing voor een gemiddeld huishouden € 63. Uitgaande van 4.281 huishoudens komen de variabele inkomsten voor de gemeente in dat geval op €  269.703.

De afvalstoffenheffing is een bestemmingsheffing. De baten moeten in overeenstemming zijn met de lasten. De benodigde belastingopbrengsten voor 2024 worden begroot op € 1.378.282. Gelet op bovenstaande variabele inkomsten moet nog € 1.108.579 aan vaste kosten uit de afvalstoffenheffing worden gedekt. De vaste heffing bedraagt daarmee € 259 per huishouden. Hierbij wordt geen onderscheid gemaakt tussen een- en meerpersoonshuishoudens.

Conform het Grondstoffenbeleidsplan 2023-2026 wordt gestreefd naar een voorziening van ten minste 10% van de begroting. Op 1 januari 2024 is een voorziening geraamd van € 112.136. Uitgangspunt is dat zowel de lasten als de baten budgettair neutraal verlopen via het gesloten systeem.  
Tegenvallers, zoals wanneer stijgende energieprijzen de verwerkingskosten opdrijven, kunnen uit de voorziening worden opgevangen. Maar ook wanneer de variabele inkomsten lager uitvallen dan begroot, wordt de voorziening aangesproken. Zou een gemiddeld huishouden de minicontainer bij het nieuwe stelsel bijvoorbeeld geen negen keer maar zeven keer aanbieden, dan betekent dit ongeveer € 60.000 aan gederfde inkomsten. Dit risico wordt met een adequate voorziening afgedekt. 

Onderstaande tabel geeft een overzicht van baten en lasten afvalstoffenheffing. Wanneer de baten hoger zijn dan de lasten, wordt het meerdere gestort in de Voorziening afvalstoffenheffing.

 

Taak- Begroting Begroting Rekening
veld 2024 2023 2022
Lasten
7.3 Afval 1.260 1.182 1.111
2.1 Verkeer en vervoer 0 6 25
6.3 Inkomensregelingen 31 27 31
0.4 Overhead 0 0 5
btw-lasten te verhalen op btw-compensatiefonds 230 198 195
Storting in de Voorziening afvalstoffenheffing -3 7 87
Totale lasten 1.518 1.420 1.454
Baten
7.3 Afvalstoffenheffing inclusief teruggave/overige baten 1.349 1.247 1.268
7.3 Overige baten 169 173 186
Coronavergoeding uit Algemene Uitkering
7.3 Totale baten 1.518 1.420 1.454
Saldo € 0 € 0 € 0
Kostendekkendheidsgraad 100% 100% 100%

Dit resulteert in de volgende mutaties van de voorziening afvalstoffenheffing:
(stand per 1-1-2024 € 112.136)

2024 onttrekking € 3.337
2025 storting € 10.119
2026 storting € 25.326
2027 storting € 53.285

Dit zijn indicatieve stortingen omdat de hoogten van diverse lasten en baten nog niet exact bekend zijn, zoals de teruggave afvalstoffenheffing (n.a.v. het aantal keren dat huisvuil is aangeboden) en de bijdrage uit het Afvalfonds.

 

Ad 2: Rioolheffing
Uit de rioolheffing bekostigt de gemeente de uitvoering van de drie gemeentelijke watertaken. Dit zijn het inzamelen en transporteren van afvalwater, het bergen en afvoeren van hemelwater en het zorgdragen voor het grondwater. Onderdeel van hemelwater en grondwater zijn ook maatregelen voor de uitvoering van klimaatadaptatiethema’s wateroverlast en droogte. Meer informatie staat in het Gemeentelijk Waterbeleidsplan 2020-2024.

De rioolheffing stijgt in 2024  met 14,2 % inclusief inflatiecorrectie. Dit is nodig om de stijgende kapitaallasten als gevolg van vervangingsinvesteringen te kunnen dekken. In onderstaande tabel staat een overzicht van de kosten en baten van de rioolbegroting.

Taak- Begroting Begroting Rekening
veld 2024 2023 2022
Lasten
7.2 Riolering 1.302 1.054 713
2.1 Verkeer en vervoer 0 6 9
2.4 Economische havens en waterwegen 150 136 109
btw exploitatie en op investeringen 178 149 98
Storting in de voorzienig riolering 294 323 746
Totale lasten 1.924 1.668 1.675
Baten
7.2 Doorberekende kosten huisaansluitingen 5 5 10
7.2 Rioolheffingen woningen 1.919 1.663 1.665
Totale baten 1.924 1.668 1.675
Saldo (=mutatie reserve; min = onttrekking) € 0 € 0 € 0
Kostendekkendheidsgraad 100% 100% 100%

De lasten stijgen door met name de hogere extracomptabele doorbelasting van de btw op exploitatie en investeringen en baggeren cf. de financiële heroriëntatie (kadernota). De baten stijgen conform de vaste index van 10%, de prijsindex van 4,2%.

Dit resulteert in de volgende mutaties van de Voorziening riolering cf. raadsbesluit GWP Oudewater 2020-2024:
(stand per 1-1-2024 € 4.935.496)

2023 storting € 323.862
2024 storting € 294.168
2025 storting € 117.308
2026 storting € 107.465
2027 storting € 141.766

 

Oudewater heeft gekozen voor een grote stijging van de rioolheffing in 2020-2023, zodat de rioolheffing daarna nagenoeg gelijk kan blijven. Het gevolg hiervan is dat de Voorziening riolering fors toeneemt om latere investeringen te dekken.

C. Rechten

Terug naar navigatie - C. Rechten

In  onderstaande tabellen is voor de verschillende rechten opgenomen wat de begrote baten en lasten zijn en wat de kostendekkendheid is. Nagestreefd wordt een kostendekkendheidsgraad van 100%. Zichtbaar is dat dit voor een aantal tarieven nog niet is gerealiseerd.

 

Ad 1 Leges burgerzaken
Onder de naam ‘leges’ wordt een aantal verschillende rechten geheven ‘ter zake van het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten’. Sommige leges zijn niet voor 100% kostendekkend omdat er voorgeschreven wettelijke tarieven zijn (voorbeelden: uittreksels burgerlijke stand, reisdocumenten en rijbewijzen).

Taak- Begroting Begroting Rekening
veld 2024 2023 2022
Lasten
0.2 Burgerzaken 518 441 459
Totale lasten 518 441 459
0.2 Baten 193 144 142
Saldo € x 1.000 -€ 325 -€ 297 -€ 317
Kostendekkendheidsgraad 37% 33% 31%

Ad 2 Begrafenisrechten
Op basis van deze verordening worden rechten geheven voor het gebruik van de begraafplaats en voor het door de gemeente verlenen van diensten in verband met de begraafplaats.

Taak- Begroting Begroting Rekening
veld 2024 2023 2022
Lasten
7.5 Begraafplaatsen 2 10 8
7.5 Baten 4 15 13
Saldo € x 1.000 € 2 € 5 € 5
Kostendekkendheidsgraad 200% 150% 163%

De kostendekkendheid lijkt > 100% , dat is in de praktijk niet zo aangezien de kosten van de gemaakte uren van de buitendienst verwerkt zitten in de post 'dienstenovereenkomst Woerden'. 

 

Ad 3 Marktgelden
Onder de naam marktgeld wordt een recht geheven voor het innemen van een standplaats. Begrotingstechnisch zijn er geen bijzonderheden t.o.v. 2023.

Taak- Begroting Begroting Rekening
veld 2024 2023 2022
Lasten
3.3 Bedrijvenloket en bedrijfsregelingen 46 42 42
Totale lasten 46 42 42
Baten
3.3 Bedrijvenloket en bedrijfsregelingen 27 26 24
Totale baten 27 26 24
Saldo € x 1.000 -€ 19 -€ 16 -€ 18
Kostendekkendheidsgraad 59% 62% 57%

Ad 4 Bruggelden
Voor iedere doorvaart van de Hoenkoopse brug wordt € 2 per vaartuig gerekend. Met de opbrengst hiervan wordt een deel van de brugbediening door medewerkers van Ferm Werk bekostigd.

Taak- Begroting Begroting Rekening
veld 2024 2023 2022
Lasten
2.1 Verkeer en vervoer 48 46 50
Totale lasten 48 46 50
2.4 Baten 13 13 12
Saldo € x 1.000 -€ 35 -€ 33 -€ 38
Kostendekkendheidsgraad 27% 28% 24%

Ad 5 Omgevingsvergunningen
Binnen het taakveld omgevingsvergunning is de kostendekkendheid afhankelijk van de baten. Temporisering van de baten levert een lagere kostendekkenheid. Echter, hogere baten zijn meestal gekoppeld aan een grotere werklast, wat uiteindelijk kan leiden tot meer capaciteitsinzet. Gevolg hiervan is dat de kostendekkendheid dan niet wordt verhoogd maar gelijk blijft.

Taak- Begroting Begroting Rekening
veld 2024 2023 2022
Lasten
8.3 Wonen en bouwen 548 482 511
Totale lasten 548 482 511
Baten
8.3 Wonen en bouwen 385 366 1.233
Totale baten 385 366 1.233
Saldo € x 1.000 -€ 163 -€ 116 € 722
Kostendekkendheidsgraad 70% 76% 241%

D. Vergelijking met andere gemeenten

Terug naar navigatie - D. Vergelijking met andere gemeenten
Belastingsoort 2023 Oudewater Woerden Bodegraven- Reeuwijk Montfoort De Ronde Venen
OZB woningen 0,1166% 0,1085% 0,1260% 0,1121% 0,0639%
OZB niet-woningen 0,5618% 0,5772% 0,5922% 0,6980% 0,4592%
Afvalstoffenheffing
Eenpersoonshuishouden € 262 € 249 € 239 € 244 € 278
Meerpersoonshuishouden € 328 € 312 € 293 € 398 € 358
Rioolheffing € 334 € 264 € 302 € 297 € 216