1. Wet betaalbare huur
Op 1 juli 2023 is de Wet goed verhuurderschap in werking getreden. Met de invoering van deze wet kregen gemeenten een belangrijke rol bij het bevorderen van goed verhuurderschap. Met de inwerkingtreding van de Wet betaalbare huur, Wet vaste huurcontracten en Wet maximering huurprijsverhoging geliberaliseerde huurovereenkomsten op 1 juli 2024 is deze rol uitgebreid. In de septembercirculaire 2024 is door het Rijk budget toegekend middels een decentralisatie uitkering.
2. Transitie landelijk gebied
In de najaarsrapportage is voor de tranisitie landelijk gebied 37.000 overgeheveld naar 2025, echter resteert in 2024 een budget van 30.000. Daarom wordt de budgetoverheveling in mindering gebracht.
3. Vereveningsfonds (Woonvisie)
In het raadsbesluit voor de Woonvisie is een budget van 50.000 beschikbaar gesteld voor het opstellen van een vereveningsfonds. Dit budget is in 2024 toegekend, maar is nog niet opgepakt en het blijft volledige budget landt in het jaarrekeningresultaat van 2024. Daarom het verzoek om het budget voor 2025 zodat hier uitvoering aan kan worden gegeven.
4. VRU
Het financiële kader van de begroting VRU is geactualiseerd naar aanleiding van reguliere loon- en prijsaanpassingen en bijstelling ijkpuntscores. In programma 1 wordt het grootste gedeelte van deze bijstelling verwerkt.
5. Plankosten Kerkwetering
Het voorbereidingskrediet van 148.000,- euro dat bij de startnotitie is verleend, is reeds verbruikt. Voor het opstellen van de ruimtelijke kaders is 250.000,- euro nodig is. Dit budget is bestemd voor de ambtelijke capaciteit, onderzoeken, communicatie/participatie en bijdrage (10.000) aan onderzoek drijvend bouwen.
6. Subsidie versnelling Woningbouw
De projectsubsidie dient u gedurende de periode van 1 januari 2025 tot en met 31 december 2025 aan te wenden voor de bekostiging van de activiteiten/het project zoals opgenomen in uw subsidieaanvraag met inachtneming van de bepalingen daarover in deze beschikking.
7. Reserve onderhoud gemeentelijk Vastgoed
In de najaarsrapportage (budgetoverhevelingen) en meerjarenbegroting 2025-2028 zijn mutaties opgenomen ten laste van de reserve onderhoud gemeentelijk vastgoed. Uit de jaarrekening blijkt dat de reservestand onvoldoende is om deze mutaties te dekken.